Van Centraal- naar Zuid-Amerika

Vanuit de locatie van m`n vorige blog (Puerto Viejo, aan de caribische kust van Costa Rica) ben ik doorgereisd via een lokale bus, een voettocht over een gammele brug, een lokale bus, nog een lokale bus en een lancha (kleine, snelle boot) naar Bocas del Toro te Panamá. Bocas del Toro betekent letterlijk ´monden van de stier´en ik vermoed zo dat dat te maken heeft met de vorm van de baai waarin deze eilandengroep zich bevindt. Ik verbleef op Isla de Colon in, als je de feiten op een rijtje zet, één van de slechtste hostels tot nu toe. Slechte matras, hete kamer, geen computers met internet, kleine keuken, slechts 2 douches... de sfeer en opzet maakte echt álles goed! Bocas-town, zoals het grootste dorpje van de eilandengroep heet, is een goede mis tussen locals en gringo-toeristen met veel feestgelegenheden zonder enorm toeristisch over te komen (dus niet zoals Tamagringo te Costa Rica gelukkig). Ik heb er ongeveer een week gespendeerd, een week waarin het regenseizoen zonder pardon zijn intrede deed. Gelukkig waren er ook genoeg (semi-)mooie dagen om de diverse stranden, snorkellocaties en dolphin bay te bezoeken. Op de laatstgenoemde locatie maakten we met onze lancha (ik herhaal: kleine, snelle boot) enkele rondjes zodat de dolfijnen achter ons in het spoor van de boot begonnen te zwemmen en springen. Het leek Harderwijk wel, alleen dan wat warmer en omgeven door mangroves.

Panamá-stad en het kanaal

Na Bocas del Toro ben ik met Anja & Doreen, twee eind-twintigers van Zwitserse en Duitse afkomst die ik daar ontmoet heb, doorgereisd naar Panama-stad. Daar heb ik de eerste dag wat proberen te shoppen in de vele malls die de stad rijk is (veramerikanisering en grootschalige detailhandelslocaties dus, voor de geografen en planologen onder jullie). Maar in mijn zoektocht naar nieuwe schoenen en een lens voor mijn camera, kwam ik alleen met een nieuwe korte broek terug in Luna's Castle, een hostel in Casco Viejo, het oude gedeelte van Panamá-stad. De volgende dag heb ik met wat reizigers, waaronder Vlaamse Vincent, de oude stad wat bekeken en zijn we ´s middags met een groepje naar hetgeen dat voor jullie waarschijnlijk het bekendst is van Panamá, het Panamákanaal, gegaan. Interessant om te zien hoe mega-olietankers met minder dan een meter afstand aan beide kanten door zes locomotieven door een dubbele sluis werden gestuurd. Mijn hart begon ook sneller te kloppen toen uit de speaker op het panorama-terras van de sluizen van Miraflores allerlei triviale feitjes begonnen te schallen. Jammergenoeg kan ik me alleen nog herinneren dat de hoogste prijs die ooit is betaald voor de oversteek via het kanaal ongeveer 375.000 dollar is en de laagste prijs 0,28 dollar voor een zwemmer die in 10 dagen het (geloof ik) 180 kilometer lange kanaal overstak. Eveneens zou het natuurlijk mooi zijn geweest als op het moment dat ik daar was een Nederlands schip de sluizen betrad, maar dat was helaas ook niet waar. Ik moest het met een Chinese en Italiaanse olietanker doen.

Bounty

De grensovergang Panamá-Colombia is de enige plek waar de Panamerikaanse snelweg ophoudt vanwege een ondoorkomenlijke en door onder andere FARC-geplaagde jungle. Omdat ik vanwege mijn zeeziektegevoeligheid heb gekozen voor een, achteraf veel te duur gebleken, vlucht naar Cartagena, Colombia in plaats van een 5-daagse zeiltocht, lag het niet op de route om de prachtige San Blas-eilanden te bezoeken. Gelukkig was het mogelijk om via het hostel waar ik in Panamá-stad verbleef mogelijk om voor een nog enigszins schappelijk bedrag de trip naar deze meer dan 357 eilanden te maken. Voor elke dag van het jaar een ander eiland, wordt er weleens gezegd en nee dit klopt natuurlijk niet helemaal maar als je de nationale feestdagen meerekent waarop het openbaar vervoer op vakantieregeling rijdt klopt het perfect :). Met Vlaamse Vincent ben ik daarom afgelopen vrijdag naar de Robinson-eilandengroep vertrokken. We zijn twee dagen op het eiland Sanidub en twee dagen op Orange-eiland geweest. Het mooie van de eilanden is niet alleen de prachtige witte stranden, het bijna-pijn-aan-je-ogen-doende blauwe water en de vele palmbomen, maar ook de lokale cultuur. De eilanden worden nog en exclusief bewoond door de Kuna-indianen, de oorspronkelijke bewoners van Panamá. Elk van de bewoonde eilanden is in beheer door één Kuna-familie ( http://nl.wikipedia.org/wiki/Kuna_(volk) ) De vrouwen in de stam zijn zo kleurrijk gekleed dat het wederom bijna pijn doet aan je ogen en zijn veelal uitgerust met een neusring. Op het eerste eiland waar we verbeleven, Sanidub, werden we verrast door de aanwezigheid van een symbool waar wij in Europa toch enigszins andere associaties mee hebben: een swastika. Het was raar om te zien maar we kregen de uitleg dat het stond voor, als ik me goed herinner, de vier windrichtingen. Zeker de vele Israeliërs op het eiland deden ons ook al vermoeden dat het voor de Kuna niet exact hetzelfde betekende als voor ons. Israeliërs, zeg ik op een zijspoor gerakend, ben ik op een aantal plekken in zeer grote getalen tegengekomen. Zij reizen vrijwel allemaal, althans zo lijkt het, na hun dienstplicht en hebben een website, vergelijkbaar met wat de Lonely Planet voor Westerlingen is, waarop tips etcetera staan waardoor velen van hen dezelfde Hebrew-trail volgen. Dit kan voor veel reizigers soms intimiderend of vervelend zijn, doordat er in het Hebreeuws nou eenmaal veel geschreeuwd wordt en er vaak grote groepen van hen aanwezig zijn. Het is één van de redenen geweest waarom Vincent en ik besloten om na twee dagen naar een ander eiland te gaan.

Op dit andere eiland, Orange island (de Kuna-naam is me ontschoten), bleken de sfeer en het eten beter en het aantal mensen geringer. De dagen vlogen dan ook om en dat terwijl er feitelijk weinig te doen is op de eilanden, behalve wat op het strand hangen, lezen, snorkelen en dergelijken. Voor het weten zaten we dus alweer in de jeep op de misselijkmakende weg terug naar Panamá-stad. De San Blas eilanden zijn een van de mooiste dingen die ik tot nu toe heb gezien en de witte stranden, prachtige zonsondergangen, de gezellige groep op het 2e eiland, de Kuna-cultuur, het snorkelen bij een scheepswrak en het feit dat ik geraakt ben door een vliegende vis maken het een onvergetelijke ervaring. Ook hier liet het regenseizoen zich echter niet van zijn zonnige kant zien maar dat mocht de pret niet drukken.

Na 6 eilanden, een wereldstad die gefinancierd wordt door drugsgeld, 6 diners en lunches in dezelfde comedor in Bocas (voor gewoon een bord warm eten, zoals Theo Maassen zou zeggen), het leren kennen van veel nieuwe mensen, één kanaal, tweehonderd foto´s en een te dure vlucht ben ik nu in Colombia (nog steeds met Vlaamse Vincent) en laat ik Panamá en de rest van Midden-Amerika met een zeer goed gevoel en erg mooie herinneringen achter me!

Jammergenoeg denk ik dat ik in deze trip echter Bolivia zal gaan overslaan, vanwege de niet te versmaden afstanden en dito busrijtijden die er hier in Latijns-Amerika er zo op het eerste gezicht aan te pas komen. Maar goed, Bolivia is dan wel weer te combineren met Chili, Argentinië en Brazilië of iets dergelijks en er moet ook wat te wensen over blijven natuurlijk:).

Hasta Pronto maar weer!

Jaap

Reacties

Reacties

Rogier

Zo Jaap! Klinkt goed allemaal! Mooi verhaal en leuk dat je nu een reismaatje hebt! Hier in Nederland is een aanslag geweest op de dam op 4 mei (iemand begon te schreeuwen met uiteindelijk gevolg dat meerdere mensen hun benen braken http://www.nu.nl/binnenland/2241032/vooral-beenbreuken-paniek-dam.html) en 5 mei hebben we door het overvolle transwijkfestival maar de hele dag eenden achter na gezeten in het wilhelminapark :p Veel plezier in Colombia en tot communiceer!

Gr Rogier

Rens

Ha die Jaap! Mooie verhalen weer! Die San Blas eilanden zijn volgens mij van die echte Bounty eilanden. Heerlijk! Doet mij een beetje denken aan de Andaman eilanden.
Je hebt hier een boel festiviteiten gemist (Koninginnedag, 5 mei)! Heb met koninginnenacht/dag Amsterdam onveilig gemaakt. Fantastisch! Alleen het weer liet het enigszins afweten.
Idd met dodenherdenking hier enige paniek. Ik stond er middenin, maar afgezien van een paar blauwe plekken en een geplette boodschappentas met een rol beschuit waar weinig meer van over was gelukkig niets aan overgehouden.
Fijn ook dat er nog enige planologisch/geografische feitjes vermeld worden :p Ben benieuwd welke Zuid-Amerikaanse landen je nog gaat verblijden met een bezoekje!

Ad en Maria

Jaap,
Je hebt van jou belevenissen
weer een bijzonder prettig en leuk leesbaar verhaal gemaakt. Zo fijn omook nu weer te lezen dat je er zoveel plezier in hebt.
We zijn nu ook wel erg nieusgierig naar de foto's want die zullen ook wel de moeite waard zijn denk ik zo.

Jose

Hej Jaap,
weer mooi om te lezen!! :) Ik ga nu snel kijken naar je foto's, want daar zie ik ook een mailtje van binnen ;)
X Jose

afra

Prachtig Jaap, wat een mooie landen en je hebt geweldige foto's gemaakt.
Je ziet het met een beetje fantasie voor je hoe je het daar vergaat.
Wat dat Swastika teken betreft, in Vietnam kwamen wij dat ook tegen,alleen dan een kwartslag gedraaid.
Het is een heilig symbool in het Boeddhisme, maar ook in het Hindoeïsme.
Wel even schrikken als je het ziet he?
Geniet nog van de laatste periode, maar dat lukt aardig zo te horen.
Groeten uit Hilversum.

afra

Foutje Jaap.
Dat Swastika teken is een achtste gedraaid, zodat het rechtop staat als het ware.

neeltje

geraakt door een vliegende visss? Hoe, wat, waar?? Tell me!
Leuk Jaapie. Zoals Afra zegt, da's inderdaad een teken wat oa in het Hindoeisme en boedhisme voorkomt. Ook veel gezien op Bali!
Kus

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!